De bovenste hoek is net iets te groot.
27 kg
Vermenigvuldigen met 1,5.
30 dm3
Delen door 1,5.
Een kegel heeft een grondvlak en daar tegenover een top; een cilinder heeft een grond- en bovenvlak die precies hetzelfde zijn.
Een balk is een ruimtelijke figuur (met lengte, breedte en hoogte) en een rechthoek is vlakke figuur (met alleen lengte en breedte).
Een piramide heeft een aantal (driehoekige) zijvlakken en een veelhoek als grondvlak; een kegel heeft een gladde gebogen zijkant en een cirkel als grondvlak.
Een tovervierkant.
17 | 24 | 1 | 8 | 15 |
23 | 5 | 7 | 14 | 16 |
4 | 6 | 13 | 20 | 22 |
10 | 12 | 19 | 21 | 3 |
11 | 18 | 25 | 2 | 9 |
Linkerkolom:
Rechterkolom:
Voor het blauwe vlak: driezijdige piramide.
Achter het
blauwe vlak: vierzijdige piramide.