,
en zijn geen veelvoud van elkaar.
en
en
, dus .
Een punt van is: . Dit heeft gelijke - en -coördinaat als , dus als . Je krijgt het punt
‘Startpunt’ is en je ‘loopt’ in de richting .
of of ... .
Zie figuur, dat is het snijpunt van lijn met lijn (punt ).
Het is punt , het snijpunt van de lijn door evenwijdig met lijn met lijn .
Een pv van is: .
Voor het punt geldt: , je krijgt:
.
Het snijpunt is . Vlak snijdt de bovenkant van de kubus volgens een
lijn evenwijdig aan .
is zó getekend dat evenwijdig aan is.
Een pv van is . Het punt krijg je voor , dit geeft het punt .
De schaduwen van , , en zijn , , en . Toelichting. De schaduw van bijvoorbeeld vind je als volgt. Teken de lijn door en de voet van de tafelpoot bij . Teken de lijn door het lichtpunt en . Het snijpunt van deze twee lijnen is .
De vergrotingsfactor van tafelblad naar schaduw is , de schaduw is dus bij (cm).
is een pv van lijn . De schaduw van vind je voor , dus de schaduw is het punt .
Vanwege het feit dat het tafelblad en vloer evenwijdig zijn, krijg je een cirkel met straal en als middelpunt de schaduw van .
Zie de figuur hieronder.
![]() figuur bij onderdeel a
|
![]() figuur bij onderdeel b
|
Toelichting. Lijn snijdt de grondcirkel van de kegel in en . Vlak snijdt de kegel volgens driehoek . is het snijpunt van en ; is het snijpunt van en .
Zie figuur hierboven rechts.
Driehoek is een uitvergroting van driehoek , de vergrotingsfactor is , dus ligt op hoogte . De hoogte van is: .
, dus .
Lijn heeft pv .
-coördinaat -coördinaat, want in de -richting heeft het blok dezelfde afmeting als in de -richting. Je krijgt dus als , dus als , dus .
Toelichting. is het midden van . Het snijpunt van met is . De schaduwstukken zijn de lijnstukken en .
en .
Er moet gelden: en . Dan en , dit geeft het punt
De snijlijn is rood getekend.
Zie figuur. Dit is punt , hierbij zijn de lijnen en evenwijdig.
Zie figuur: het snijpunt van de -as met lijn .
Bijvoorbeeld met gelijkvormigheid: .
-
Jagers: ,
raketten: . De banen snijden elkaar als er getallen en zijn, zó, dat:
én én .
Als je alleen naar de eerste en de derde vergelijking kijkt, vind je: , maar dan is niet aan de tweede vergelijking voldaan.
Raketten wordt: , waarbij variabel is.
De banen snijden elkaar als er , en zijn zó, dat:
,
en .
Uit de eerste twee vergelijkingen vind je: en
. Als je dat in de derde vergelijking invult vind je
, de afvuurrichting is dus: .